Het recht op de second opinion bij de bedrijfsarts

Met ingang van 1 juli 2017 heeft de werknemer recht op een second opinion. Wat houdt zo’n second opinion bij de bedrijfsarts precies in en hoe verhoudt die zich ten opzichte van het deskundigenoordeel van het UWV?

Wanneer een werknemer zich ziek meldt voor zijn werk, zal hij een oproep krijgen voor de bedrijfsarts. De bedrijfsarts beoordeelt kort gezegd of de werknemer arbeidsongeschikt is wegens ziekte en zo ja, welke beperkingen dit voor zijn werkzaamheden oplevert en welke maatregelen moeten worden getroffen ter bevordering van zijn herstel of re-integratie. Daarover brengt de bedrijfsarts een advies uit aan de werkgever en de werknemer. Het advies van de bedrijfsarts is niet bindend, maar wordt doorgaans wel als leidend gezien in het kader van de re-integratie van de werknemer.

Als de werknemer het niet eens is met het advies van de bedrijfsarts, dan mag hij sinds 1 juli 2017 een second opinion van een andere bedrijfsarts verlangen. Een second opinion moet worden gevraagd aan de betrokken bedrijfsarts. Deze eerste bedrijfsarts moet de werknemer in zo’n geval doorverwijzen naar een tweede, onafhankelijke bedrijfsarts. Die zal de werknemer opnieuw onderzoeken en een advies uitbrengen aan de eerste bedrijfsarts. Hij bepaalt of hij zijn advies bijstelt naar aanleiding van de second opinion.

De werkgever is verplicht op voorhand in zijn contract met een bedrijfsarts vast te leggen door welke bedrijfsarts(en) een second opinion mag worden uitgevoerd. Deze bedrijfsarts(en) mag/mogen niet binnen dezelfde organisatie werkzaam is als de eerste bedrijfsarts om de onafhankelijkheid te waarborgen.

De second opinion verschilt in een aantal opzichten van het deskundigenoordeel van het UWV zoals we die al langer kennen. In de eerste plaats kan uitsluitend de werknemer een second opinion aanvragen (en de werkgever niet). In geval van een second opinion blijft het advies van de eerste bedrijfsarts bepalend. De eerste bedrijfsarts kan zijn advies wel bijstellen naar aanleiding van de second opinion (maar dat hoeft niet). Een ander belangrijk verschil is dat de kosten die verbonden zijn aan een second opinion voor rekening van de werkgever komen.

Deskundigenoordeel UWV Second opinion bedrijfsarts
>  Op verzoek van de werkgever of de werknemer. >  Uitsluitend op verzoek van de werknemer.
>  Bij een verschil van inzicht over   de arbeids(on)geschiktheid van de werknemer, passende arbeid of de re-integratie. >  Bij een verschil van inzicht over de arbeids(on)geschiktheid van de werknemer, de verzuimbegeleiding of de arbeidsomstandigheden.
>  Onafhankelijk oordeel van het UWV. >  Advies eerste bedrijfsarts blijft leidend, maar kan worden bijgesteld n.a.v. de second opinion.
>  Kosten voor rekening van de aanvrager. >  Kosten voor rekening van de werkgever.

Het één sluit het andere niet uit: de werknemer kan kiezen voor een second opinion en wanneer dat niet leidt tot een bevredigend resultaat (bijvoorbeeld wanneer de eerste bedrijfsarts het advies van de tweede bedrijfsarts niet wil overnemen) dan kan hij alsnog een deskundigenoordeel van het UWV vragen. Ook de werkgever kan er – bijvoorbeeld naar aanleiding van een second opinion – voor kiezen om zich tot het UWV te wenden voor een deskundigenoordeel.

Bent u ziek of heeft u een zieke werknemer? Neem dan gerust contact met ons op voor advies. Veel problemen kunnen worden voorkomen – en daarmee kosten worden bespaard – door u in een vroeg stadium goed te laten adviseren. Voorkomen is beter dan genezen!